Nieuwe start voor Simone Kort en ’t Beest

Simone Kort is aan de Beestenmarkt in Goes terechtgekomen in een nog niet zo lang geleden gerenoveerd pand met een rijke, veertigjarige historie en een trouwe schare vrijwilligers. “Ik ben op een mooie plek in een warm bad terechtgekomen”, vindt ze. Een mooie basis om op verder te bouwen. “Ik weet dat er in het verleden hard voor gestreden is om dit unieke podium te behouden.”

Avondje vrij

Daarvoor zet Kort zich sinds 1 februari ook in. Net begonnen heeft ze nog geen uitgekristalliseerd plan van aanpak voor de stichting met een poppodium, filmhuis en jeugdtheaterschool, maar ideeën des te meer. Samenwerken en het activiteitenaanbod uitbreiden zijn daarbij belangrijke speerpunten. Zo vindt ze dat de podia in Zeeland elkaar kunnen versterken door activiteiten op elkaar af te stemmen. “We willen natuurlijk allemaal zoveel mogelijk mensen over de vloer krijgen.”

Kort ziet ’t Beest als een podium van de stad: iedereen is er welkom en talent uit de omgeving moet zich er kunnen ontplooien. “Ik heb al gemerkt dat er hier veel ondernemende mensen zijn”, aldus Kort, die volop overal aan het kennismaken is. Het toenemende aantal aanvragen toont aan dat de kunst en cultuur na corona weer tot leven komen. “Nu moet na twee jaar ook weer het publiek haar weg hiernaartoe vinden.” Kort zet in op nieuwe gezichten. “’t Beest heeft een vast publiek, maar ik wil dat meer mensen bij een avondje vrij denken ‘eens kijken wat er in ’t Beest te doen is’. Daarvoor moeten we ons programma beter over het voetlicht brengen.”

Gek

Kort vindt het bijzonder dat ’t Beest een poppodium en filmhuis heeft. “In Roosendaal is dat er niet.” Als er in de toekomst nieuwe functies bijkomen, kan dat op meer vlakken positief uitwerken voor ’t Beest, voorziet ze. Het kan nieuwe doelgroepen aantrekken, zoals jongeren door de samenwerking met scholen voor het filmproject Make a Fake. En wie weet, levert dat weer nieuwe vrijwilligers op. “’t Beest heeft een trouwe groep vrijwilligers. Het is belangrijk dat zij zich hier thuis voelen.” Daarvoor is het belangrijk dat de sfeer goed is en zij zich gewaardeerd voelen. “Zij zijn ambassadeurs van ’t Beest en kunnen ervoor zorgen dat meer mensen ons podium ontdekken.” Met nieuwe activiteiten kunnen de vrijwilligers zich op andere manieren ontwikkelen en dat lijkt Kort ook een mooie manier om hen verbonden te houden. Ze nodigt hen ook uit om zelf die nieuwe ideeën aan te dragen, net als de rest van het team. “Het kan mij niet gek genoeg zijn. Niet ieder idee zal haalbaar zijn, maar in een andere vorm is het dat misschien wel.”