Nieuwe mobiliteitshubs maken school en stageadres makkelijker bereikbaar

De proef is woensdagmiddag toegelicht op het Hoornbeeck College in Goes, dat scholieren tot in Aagtekerke heeft. Zij kunnen straks gebruik maken van de deelfietsen die aan de voorkant van de school gestald worden. “Het idee is dat ook buurtbewoners ervan gebruik kunnen maken”, legt schooldirecteur Evert Timmerman uit. 

De proef, die een jaar duurt en uiterlijk begin mei van start gaat, begint met in totaal 100 deelfietsen, 20 e-bikes en 2 deelauto’s op de mbo’s in Goes, Middelburg en Vlissingen. “Al naar gelang de behoefte kunnen we dat aantal uitbreiden, maar we willen niet dat er fietsen ongebruikt blijven”, vertelt gedeputeerde Harry van der Maas van de provincie Zeeland. “Met deze pilot verzamelen we ervaringen van scholieren. Als ik positieve berichten van hen hoor, dan is het experiment geslaagd.” In dat geval wordt de proef begin volgend jaar uitgebreid naar al het voortgezet onderwijs en het mbo in heel Zeeland, met nog eens 190 deelfietsen en 20 e-bikes.

De gebruikers kunnen hun reis met alle soorten vervoer plannen, boeken en betalen met een app Gaiyo, die al actief is in Nederland. Daarmee haal je ook de deelfiets van het slot. Naast bij de scholen kunnen de jongeren de deelfietsen ook op andere plekken (hubs) inleveren, zoals op de treinstations. De proef moet ook scholieren ook uit de auto en aan het bewegen krijgen, dat goed is voor de gezondheid en het milieu.

Leerbedrijf

Het leerbedrijf van Cycle Hub Middelburg gaat de fietsen distribueren naar de verschillende hubs en het onderhoud plegen. Edwin de Smit uit Vlissingen werkt en leert bij Cycle Hub en heeft zin in zijn nieuwe klus. “Ik volg de opleiding tot fietstechnicus en heb mijn basisdiploma al binnen. Nu ben ik met niveau twee bezig en leer ik bijvoorbeeld over versnellingstechniek.” 

De Goese onderwijswethouder André van der Reest is blij dat deze proef in zijn gemeente begint, omdat die vele soorten onderwijs huisvest. “Dagelijks pendelen er maar liefst 12.000 leerlingen van huis naar school in Goes”, illustreert hij. In het dunbevolkte Zeeland moeten sommige scholieren lang reizen naar hun school. “Als het reizen tussen wonen, leren en later werken goed georganiseerd is, helpt dat deze jonge mensen in Zeeland te houden”, stelt Timmerman.

Deze schoolmobiliteitshubs zijn een van de experimenten waarmee de provincie onderzoekt hoe de overstap gemaakt kan worden naar duurzaam, snel en slim vervoer. De basis is een netwerk van bus, trein en boot en voor de ‘laatste kilometer’ zijn extra vormen van mobiliteit nodig, zoals een flextaxi of deelfiets. “Het is onbetaalbaar om grote bussen voor enkele passagiers te laten rijden”, aldus Van der Maas, “maar met aanvullend vervoer op de vaste buslijnen willen we alle hoeken en gaten van Zeeland bereikbaar houden.” 

Het is de bedoeling dat reizigers in Zeeland vanaf 2025 kunnen kiezen uit een mix van vervoersmiddelen, met opstappunten waar ze comfortabel kunnen wachten.