Philips is meer geld kwijt aan kwestie slaapapneuapparaten

Philips riep eerder al 3 miljoen tot 4 miljoen apparaten terug naar de fabriek. In een handelsupdate meldt Philips dat circa 5,2 miljoen apparaten bij de kwestie betrokken zijn. Topman Frans van Houten verwacht dat het qua terugroepactie daar wel bij blijft. Wel kost het Philips meer geld om de apparaten terug naar de fabriek te krijgen. Voor de terugroepactie had het bedrijf al 500 miljoen euro gereserveerd. Mogelijk komen daar nog schadeclaims van gebruikers bovenop. Met name in de Verenigde Staten zijn daar al rechtszaken over aangespannen.

Philips houdt voor het slotkwartaal van 2021 ook rekening met een veel lagere omzet dan waar het eerder op rekende. Het is de tweede keer in korte tijd dat Philips de verwachtingen moet bijstellen. Naast gestegen kosten voor vrachtvervoer kampt het bedrijf ook met problemen in de toeleveringsketen. Dan gaat het onder meer om tekorten van elektronische componenten en krapte in de vrachtcapaciteit. Daarnaast stellen ook klanten de installatie van apparatuur uit.

Problemen

Philips rekent nu op een omzet van 4,9 miljard euro, 350 miljoen euro minder dan waar het eerder rekening mee hield. Philips probeert het tekort aan chips te ondervangen door verschillende types chips in apparaten te installeren. Daarmee wil het bedrijf minder afhankelijk worden van de grillen van de markt. Momenteel kan Philips qua leveringen van onderdelen maar zo'n twee maanden vooruitkijken waar dat eerder veel langer was. Philips had al aangegeven dat leveringsproblemen zeker tot komende zomer kunnen duren.

Voor het hele jaar rekent Philips op een omzet van 17,2 miljard euro. Daarmee zouden de opbrengsten iets lager liggen dan een jaar eerder. De problemen in de toeleveringsketen en de terugroepactie hadden volgens het bedrijf een impact op het resultaat van 5 procentpunten. Het aangepaste bedrijfsresultaat zal uitkomen op 2,1 miljard euro.

Volgens Van Houten spelen de problemen in de toeleveringsketen bedrijfsbreed. "We werken nauw samen met leveranciers en overheden om de tekorten in de toeleveringsketen van de gezondheidszorg aan te pakken en ervoor te zorgen dat zij het belang inzien van het geven van prioriteit aan levensreddende medische apparatuur."