Wie de nieuwsartikelen over de op 18 december 2018 vermoorde leerlinge van een school in Rotterdam terugleest, kan niet anders dan stomverbaasd zijn en boos worden op degenen die in ons land zouden moeten waken over de veiligheid van kinderen. Justitie en Veiligheid dus. Grapperhaus (CDA) dus, die zou moeten beseffen dat Turkse kinderen óók kinderen zijn die door de Nederlandse overheid moeten worden beschermd.
Lokaas
23-12-2018. Een kind wordt mishandeld en bedreigd met een vuurwapen door een volwassene en vraagt om hulp bij de politie. De politie vindt het beter om het kind niet in veiligheid te brengen, maar af te wachten of er meer bewijs boven water komt, omdat ze anders ‘geen zaak’ hebben. Aldus een woordvoerder van het OM. De bedreiging op zich, in het kader van de eerdere mishandeling, is ‘geen zaak’; als ze geen vuurwapen kunnen vinden, hebben ze geen aanleiding om in te grijpen. Het kind wordt zodoende als lokaas gebruikt en als de bedreiger het kind vermoordt, heeft de politie ‘een zaak’ en kan de verdachte worden ingerekend. Goed gedaan, vinden ze kennelijk zelf. De verdachte kon al snel worden gelokaliseerd en opgepakt. Ook dat heeft er alle schijn van dat de verdachte goed in de gaten werd gehouden en dat hij nu eindelijk kon worden aangehouden. Bewijs geleverd. Vragen dringen zich op. Had het beveiligen van het kind niet voor de hand gelegen? Weet de politie niet dat er een Jeugdzorg bestaat en dat er blijf-ven-mijn-lijf-huizen zijn? Word je bij bedreiging alleen beveiligd als je beroemd bent, of politicus, of burgemeester?
Media
Zo wordt het nieuws echter niet gebracht. Het meisje deed een week eerder opnieuw aangifte van bedreiging, waarop de politie een nieuw onderzoek startte. Daarvoor had de politie op de dag van de moord een afspraak met het kind. Vlak daarvoor werd ze vermoord. Het wordt vermeld alsof het de gewoonste zaak van de wereld is om een kind, dat met een vuurwapen wordt bedreigd, onbeveiligd naar het politiebureau te laten komen voor een afspraak.
Volgens de politie was het niet duidelijk wat de aanleiding voor het schietincident was, dat wordt nog onderzocht. Maar dat er een schietincident zou komen, was, gezien de bedreiging, wel degelijk te verwachten. De politie ziet het incident op zich als bewijs, al hebben ze de verdachte nét niet op heterdaad kunnen betrappen.
De verdachte wordt in de media opgevoerd als de ‘ex’ van het kind. Hoe kun je een 31-jarige kindermishandelaar of -misbruiker de ‘ex’ van het slachtoffer noemen?
In een gepubliceerde eerdere veroordeling, van 16 augustus 2018, werd de man veroordeeld voor mishandeling en bedreiging van Humeyra, het slachtoffer van de moord, en haar zus. Volgens het rapport van de reclassering had de man verschillende stoornissen en was hij zwakbegaafd. Kennelijk was hij toch intelligent genoeg om aan een wapen te kunnen komen en om een rijbewijs te halen. Van enige begaafdheid moet toch sprake zijn. De reclassering meende dat de verdachte zich afdwingend, eisend, dreigend en fysiek agressief gedroeg. In het vonnis stond, vanwege dit rapport, ook dat er ‘ernstig rekening mee moest worden gehouden dat de verdachte wederom een misdrijf zal begaan.’ Het was dus bij politie en justitie bekend dat Humeyra groot gevaar liep. In die eerdere veroordeling kreeg de man een contactverbod opgelegd en moest hij zijn slachtoffer een schadevergoeding van € 750 betalen. Hij kreeg ook zes weken celstraf waarvan drie weken voorwaardelijk. Netto drie weken celstraf dus voor ernstige en agressieve kindermishandeling. Overigens kon de celstraf nog niet worden uitgevoerd, omdat de zwakbegaafde toch begaafd genoeg bleek om in hoger beroep te gaan tegen het vonnis. Het vonnis van de rechter moet natuurlijk worden gerespecteerd, maar dat het kind groot gevaar liep, blijkt wel uit de processtukken.
Bescherming
Toen in de tweede wereldoorlog bleek dat de Nederlandse politie meehielp met het oppakken en deporteren van joden, werd duidelijk dat Nederlandse staatsburgers niet op bescherming door de politie hoefde te rekenen, althans niet de staatsburgers met een ‘bepaalde’ etnische achtergrond. In de afgelopen decennia heeft de politie geprobeerd dat verwerpelijke imago van zich af te schudden, maar de zaak Humeyra doet vrezen dat de beschermende taak van de politie toch selectief wordt uitgevoerd.
Onderzoek
De inspectie Justitie en Veiligheid gaat kijken naar hoe de reclassering en de politie hun taken hebben uitgevoerd. De inspectie vindt dat ‘burgers erop moeten kunnen vertrouwen dat de betrokken organisaties – juist in geval van nood – tijdig en voortvarend optreden.’ Een hypocriete opmerking. Minister Grapperhaus denkt dat het een verstandige zaak is dat dit onderzoek wordt gedaan. Zonder op de resultaten van het onderzoek vooruit te lopen, valt het, gezien de genoemde feiten, toch niet te verwachten dat hem geen blaam treft. Het onderzoek zal waarschijnlijk lang duren. Niet omdat het ingewikkeld is, maar zolang de resultaten niet bekend zijn kan Grapperhaus, in tegenstelling tot wat in het bedrijfsleven zou gebeuren, blijven zitten, en daar gaat het om. Dat is belangrijker dan het leven van een Turks kind.◄
Bert van Nispen
23-12-2018
►
Op 11 januari 2019 werd duidelijk, dat ook de familie van Humeyra herhaaldelijk tevergeefs bij de politie om hulp heft gevraagd.